Brussel, Expo '58 - Op de drukke Heizelvlakte scheuren tientallen
Superia bromtaxi's met gillende Sachs motoren heen en weer.

Voor buurman Flandria is het nog even te vroeg - daar wordt heel hard gewerkt aan het eigen, superkrachtige blok met drie versnellingen dat in 1959 ieder zal verbazen.


In de jaren '50 lagen de vaderlandse wegen er nog erg rustig bij.
Autobezit was maar voor weinigen weggelegd. Jan-met-de-pet reed noodgewongen met de fiets en kon die zeldzame en kostbare wagens alleen maar bewonderend nakijken...

Toen kwam het rijwiel met hulpmotor. Solex, Mobylette, Kaptein... ze verkochten als zoete broodjes, geen wonder dus dat onze fietsenfabrikanten snel met een eigen bromfiets op de markt wilden .

De gebroeders Aimé en Remi Claeys met hun bloeiende fietsenfabriek in het West-Vlaamse Zedelgem dachten er net zo over.
Resultaat: een voor die tijd uiterst geavanceerde Flandria 'Superia' met eigen Claeys motor. Met zijn twee versnellingen en natteplatenkoppeling vertrok die vanuit stilstand zonder dat je hoefde mee te trappen. Of, zoals die reclameslogan van de Veurnse Flandriadealer het zo treffend verwoordde:

"Je bent maar dom als je nog niet rijdt met een brom."

In december 1956 scheiden de wegen. De broers gaan hun eigen weg en verdelen het patrimonium. Aimé krijgt de fietsenafdeling en de motorenfabriek, en behoudt de merknaam Flandria. De bromfietsafdeling gaat naar Remi, die van de typenaam Superia zijn handelsmerk zal maken. Voortaan zal de Superia bromfiets door een Duitse Sachs motor worden voortbewogen.

Hoewel het eigenlijk niet zo scheen te zijn afgesproken, zal ook bij Aimé Claeys een nieuwe bromfietslijn worden ontwikkeld.

In 1957 wordt de Majestic gelanceerd: een model waarvan de styling sterk afwijkt van wat men tot dan toe in bromfietsland gewend was.

De sierlijke beplating, de 'two-tone' kleurstelling en de glanzende sierstrips (hier van de jaargang '58), dit alles geheel in de stijl van de flamboyante Amerikaanse automobielen van die dagen (maar kijkt u zelf).

De Nederlandse 'AVAROS Super 7 ' onderscheidt zich van de Majestic door de obligate witte band op het achterspatbord en aparte zweefzadels voor bestuurder en passagier (buddy seats zijn in die jaren in Nederland niet toegestaan). Voorts is de motor geknepen tot 40 km/u, terwijl het Vlaamse broertje vlotjes 55 haalt.


In eigen land moet Aimé opboksen tegen het succes van Remi, die niettegenstaande zijn importhandicap zijn Superia’s voor concurrerende prijzen weet aan te bieden. Met zijn verfijnde draaicultuur, zijn boterzachte koppeling en bovenal zijn imago van Duitse degelijkheid staat de 49cc van Fichtel & Sachs in hoog aanzien, en nogal wat kopers halen de neus op voor de Claeys krachtbron van eigen bodem.

Hierop reageert Aimé met een nooit geziene stunt: de gebruikelijke garantieperiode van zes maanden wordt verdubbeld tot een vol jaar. In de etalages prijkt iedere Flandria met een op het vaderlandse gevoel appellerende tricolore waarborgbrief waarop de nieuwe condities te lezen staan.

De nieuwe, stevigere en krachtige motor die vanaf 1959 wordt gemonteerd, kondigt het einde van die zorgen aan. Binnen de kortste keren loopt de 250.000ste Flandria van de band; en rond 1965 kan Aimé er prat op gaan dat zijn fabriek 80% van de Belgische bromfietsproductie voor haar rekening neemt.

Vanaf de tweede helft van de jaren '60 verandert het koperspubliek. De welvaart is gestegen en steeds meer mensen kunnen zich een kleine auto aanschaffen. Daardoor wordt de bromfiets opnieuw tot een puur utilitair voertuig gedegradeerd en dat laat zich aanzien...

De Consul is de laatste van een lange reeks schitterende luxe bromfietsen met beplating per strekkende meter.

Zó mooi worden ze nooit meer...

Nieuwe zakelijkheid: Futura uit 1967

Maar ook de jongeren beschikken nu over meer koopkracht. Zij dromen van een heuse motorfiets, maar daar moet je 18 voor zijn en een helm opzetten...




Dat schept nieuwe mogelijkheden voor Flandria, die succesrijke sportbrommers is gaan produceren.

Die steeds maar harder gaan.

Tot de wet er in 1971 met de maximumsnelheid van 40 km/u een stokje voor steekt.
Wie stopt dan nog zijn goede geld in een sportbrommer?
De helmplicht die in 1976 van kracht wordt, betekent voor de bromfietsindustrie nog een nieuwe slag: na de jongeren houden nu ook de vrouwen het voor bekeken.

Flandria krijgt het steeds maar moeilijker. De Japanse merken zijn in opmars. In eigen land heeft Superia er al lang de brui aan gegeven. Ook in Duitsland verdwijnen gerenommeerde merken als NSU, Kreidler, Zündapp...

In 1981 valt het doek. Flandria gaat bankroet en voor de bromfietsafdeling wordt geen overnemer gevonden. Flandria bromfietsen verdwijnen één voor één uit het straatbeeld...

(of toch niet allemaal?)

 

Naar boven